Dotnét wat sneller naar de eindstreep

Bij .NET sluiten de verschillende onderdelen van het .NET-ecosysteem echter heel mooi op elkaar aan, omdat alles door Microsoft zelf is ontwikkeld. Beide frameworks hebben voordelen en nadelen, maar het belangrijkste is voor mij dat we heel snel een werkend product kunnen opleveren aan onze opdrachtgevers. Als de requirements van een project duidelijk zijn, kunnen we meteen beginnen met ontwikkelen, want de basis ‘bouwblokken’ zijn bij .NET al beschikbaar.

Onze opdrachtgevers zijn onder andere grote banken en verzekeraars met IT-afdelingen die goed op de hoogte zijn van de nieuwste ontwikkelingen. Als wij worden ingehuurd, is er dan vaak ook al een vergevorderd en uitgedacht concept klaar en weet de IT-manager al precies wat er benodigd is. Aan mij en mijn team om dit concept om te zetten naar een werkend prototype, ook wel een MVP (minimum viable product) genoemd. Met .NET – dat vaak ook al wordt gebruikt door onze klanten – is dit heel snel te realiseren. Dotnét wat sneller naar de eindstreep, zeg ik dan ook wel eens.

Hoe dat in zijn werk gaat? Simpelgezegd als volgt. We zetten een development-team op, met een man of vier a vijf van onze gedetacheerde software-ontwikkelaars. We werken hierbij volgens de SCRUM-methodiek, dus met een scrummaster en user stories, met daaraan gekoppeld de verschillende taken die moeten worden uitgevoerd. Alles heel gestructureerd en goed gedocumenteerd. Dagelijks zorgen we voor een duidelijk overzicht van waar we staan en wat we de komende tijd gaan bouwen, wat we gaan aanpassen. Dit doen we in nauwe samenwerking met de Product Owner, die meestal bij de klant in dienst is.

“Belangrijkste is voor mij dat we heel snel een werkend product kunnen opleveren aan onze opdrachtgevers”

Een voorbeeld. Een van de projecten waaraan ik voor ShareValue heb gewerkt, is het uitbreiden van een complexe enquete-applicatie. Deze wordt onder andere gebruikt voor het afnemen van interne audits bij de klant. Als technische oplossing werd gekozen voor een backend gebaseerd op Web API en een frontend op basis van AngularJS. Aan het begin van het traject werd een Visual Studio Team Services server geconfigureerd zodat nieuw gebouwde functionaliteit automatisch geïnstalleerd werd op de testserver.

Kort daarna hebben we ook geautomatiseerde functionele tests ingebouwd, die uitgevoerd worden zodra er nieuwe code ingecheckt werd. Zo hebben we ervoor gezorgd dat er veel controle op het bouwproces was. Bovendien was de feedback loop tussen de ontwikkelaars en de testers erg kort, zodat bugs in de applicatie snel gevonden werden en dus ook snel opgelost konden worden door de ontwikkelaars.

De sprint en het backlog werden ook bijgehouden in Visual Studio Team Services, waardoor het op elk moment duidelijk was hoe de sprint verliep en wie met welke items bezig was. Dit alles zorgde ervoor dat het ontwikkelproces heel soepel verliep en de nieuwe functionaliteit in no-time aan de applicatie toegevoegd was.

We kijken dus samen met de opdrachtgever continu en ook in retrospectief wat er goed gaat en waar verbeterpunten zijn. Zo werken we van versie naar versie naar eindproduct. En met de uitstekende tooling van Microsoft is dit ook echt een heel prettige manier van werken. Het mooie van .NET vind ik ook dat het continu in ontwikkeling is, zoals recent de toevoeging van .NET Core, waarmee het software framework nu cross-platform beschikbaar is.